Een wijnreis naar de Alto Adige

Begin november was ik uitgenodigd om twee dagen naar Alto Adige te komen (ook wel Zuid-Tirol genoemd en dat ligt in Noord-Italië, lekker makkelijk haha) om producten uit de streek te proeven. De nadruk lag vooral op de diverse wijnen die ze produceren, maar ook op hun appels, spek en kaas. Natuurlijk hoefde ik daar niet heel lang over na te denken want ik wilde maar al te graag mee. Hállo, 2 dagen in Italië wijn drinken op uitnodiging!? Count me in.

Daarnaast ben ik nu bezig met het vervolg van mijn wijncursus, dus het leek me interessant om meer te weten te komen en met andere wijnfanaten de Alto Adige in te duiken. Veel wist ik er eigenlijk niet over (lees: nihil) en had ik het vooroordeel dat de wijnen vooral hoog in zuren zouden zijn vanwege de hoogte en het klimaat. Boy, was I wrong. Omdat de bergen in het noorden de kou tegenhouden en het warme klimaat vanuit het zuiden komt, kunnen de temperaturen enorm oplopen waardoor er bijzondere wijnen gemaakt worden.

De druiven

Italië wordt ook wel het land van de 1000 druiven genoemd, en ook deze keer kwamen er een aantal soorten voorbij waar ik nog nooit van gehoord had. In het gebied van Alto Adige worden meer witte dan rode wijnen gemaakt, zo vind je er onder andere de witte druivenrassen Pinot grigio, Chardonnay, Pinot blanc, Sauvignon blanc, Gewürztraminer. Maar je vindt er ook in mindere mate: Sylvaner (huh?), Riesling, Veltliner, Kerner (hoe?), Müller-Thurgau (wat???) en Moscato giallo.

Qua rode druiven vind je er vooral Schiava en Pinot noir, daarnaast vind je er ook Lagrein, Cabernet en Merlot.

Het programma: een wijnreis naar de Alto Adige

In de 2 dagen dat we er waren, hebben we, denk ik, wel 50 verschillende wijnen geproefd. Waar ik net na het ontbijt nog alle wijn braaf uitspuugde, gingen de verschillende wijnen rond lunchtijd er soepel in. We bezochten verschillende wijnhuizen, liepen door de prachtige wijngaarden met uitzicht op besneeuwde bergtoppen en gingen naar een hotel met sterrenrestaurant voor lunch. Wat me opviel is dat de wijnen van diverse wijnhuizen enorm van elkaar verschilden, dit maakte het proeven natuurlijk heel leuk!

De keuken van Alto Adige is, net als de gesproken taal, echt een mix tussen Oostenrijks en Italiaans. Dit leidde vaak tot stevige en zware gerechten, zoals bijvoorbeeld risotto met kaas en appel, knödel, rijke aardappelgerechten en vooral… heel veel vlees. De restaurants waar we aanschoven hadden speciaal voor ons in het menu hun specialiteiten verwerkt (appel, spek en kaas) en daar werden vervolgens de wijnen op afgestemd. Tijdens het eten zaten ook altijd de producenten die ons meer vertelden over hun wijnen en de wijze waarop ze gemaakt werden.

Mocht je in de regio zijn, dan is het echt leuk door de Alto Adige te rijden. Je wordt hoe dan ook verrast door wat ze te bieden hebben op het gebied van wijn en eten!